Links de plaquette ter nagedachtenis aan János Csere in Harderwijk. Rechts een beeltenis van hem door de Roemeense kunstenaar Gy. Szabó Béla.


Zsófia Bogyó, Szabolcs Kiss en Róbert Lészai zijn de meest recente drie van een lange reeks Hongaarstalige theologische studenten die op uitnodiging van Stichting Fundament in Nederland studeerden. Tientallen gingen hen in de laatste decennia voor. Minder bekend is dat zij al voorgangers hadden in de zestiende eeuw.

De eerste theologische studenten uit Hongarije arriveerden hier namelijk al in 1595. Nu was het in die tijd zeker niet ongebruikelijk dat studenten uit verschillende landen naar buitenlandse universiteiten trokken om te studeren. Dit internationale verkeer werd aangeduid als ‘peregrinatio academica’, oftewel een academische reis, en de studenten heetten ‘peregrinus’ (vreemdeling, reiziger). Toch namen de Hongaarse ‘peregrini’ een uitzonderlijke plaats in: zij kwamen hier omdat Hongarije vanwege Ottomaanse en Habsburgse onderdrukking lange tijd geen eigen protestantse theologische opleiding had.

‏‘Van Harderwijk’
‏Een van de ‘peregrini’ was János Apáczai Csere. Hij nam een uitzonderlijke plaats in. Tot op vandaag wordt Csere, die geboren werd in het Transsylvaanse Apáca in het huidige Roemenië, in Hongarije namelijk geëerd als een culturele en wetenschappelijke grootheid: menige straat draagt zijn naam en datzelfde geldt voor scholen en andere culturele instellingen. Er is zelfs een planetoïde naar hem vernoemd: planetoïde (29836) Apáczai.
‏Csere, die slechts 34 jaar oud werd, studeerde theologie in Franeker, Leiden en Utrecht, maar promoveren deed hij aan de Universiteit van Harderwijk. Deze Gelderse Academie werd gesticht in 1648, maar in 1811 weer opgeheven. Zij had overigens niet zo’n beste naam. Wie ‘van Harderwijk kwam’ gold in wetenschappelijke kring als iemand met een bedenkelijke academische reputatie.
‏In het geval van Csere lijkt dat nog versterkt te worden door het feit dat zijn proefschrift (over de zondeval) slechts 22 pagina’s telde. Maar dat is onterecht: dissertaties hadden in die tijd over het algemeen een beperkte omvang, omdat ze vooral dienden als uitgangspunt voor de academische discussie waarin de promovendus zich moest bewijzen.
‏Csere bewees zijn wetenschappelijke kwaliteiten met name in een flink aantal publicaties, waaronder de eerste Hongaarse Encyclopedie. Hij wordt tot op vandaag beschouwd als pionier van de Hongaarse wetenschap. In 2001, 350 jaar na zijn promotie, werd aan de muur van de Catharinakapel in Harderwijk (de voormalige aula van de Universiteit) een plaquette onthuld, waar Hongaren tot op vandaag door middel van erekransen blijk geven van hun eerbied voor hun grote landgenoot.